C’est dans l’air. Il s’agit car il y a soleil et il pleut. Resultaten (Frans) 2: il est dans l'air. Il se produit quand il y a du soleil et de la pluie. Resultaten (Frans) 3: C'est dans l'air.C'est à cause du soleil et de la pluie.
Het is in de lucht. Het is omdat er zon en regen.Resultaten (Frans) 2:Het is in de lucht. Het treedt op wanneer er zonlicht en regen.Resultaten (Frans) 3:Het is in de lucht. Dit is te wijten aan de zon en regen.
Het is in de lucht. Dit komt omdat er zon en regen. Resultaten (Frans) 2: het is in de lucht. Dit gebeurt wanneer er zon en regen. Resultaten (Frans) 3: Het is in het air.C'est van de zon en regen.
Dit is in de lucht.Dit is als de zon, het regent.Resultaten (Frans) 2:Hij is in de lucht.Het gebeurde in de zon, en de regen.Resultaten (Frans) 3:Dit is in air.c'is omdat de zon en regen.